Ik kwam al jong in aanraking met zang. Mijn moeder was zangeres en zangdocent. Als zij les gaf zat ik vaak in de leskamer mee te luisteren en ik vond dat heerlijk. Ze dirigeerde ook meerdere koren en onder haar leiding zong ik jaarlijks de Mattheus Passion als jongenssopraan.

Een professionele opleiding was een logische stap: In 1988 begon ik aan mijn studie Koordirectie aan het Rotterdams Conservatorium. Mijn hoofdvakdocent was Barend Schuurman en ik kreeg orkestdirectielessen van Arie van Beek. Op dat conservatorium leerde ik al snel de beroemde zangpedagoog Margreet Honig kennen en ik deed auditie om bij haar te mogen studeren. In 1990 begon ik aan mijn studie solozang aan het Conservatorium van Amsterdam, waar ik in 1995 afstudeerde. Tijdens mijn studie deed ik auditie bij Philippe Herreweghe en sindsdien behoor ik tot de vaste vaste bezetting van zijn Collegium Vocale Gent en La Chapelle Royale uit Parijs. Naast de vele producties onder zijn leiding werkte ik met gastdirigenten als René Jacobs, Jos van Immerseel, Marcus Creed, Ivan Fischer en Bernhard Haitink.

Daarnaast zing of zong ik bij:

Cappella Amsterdam, onder leiding van Daniel Reuss,
de Nederlandse Bachvereniging,
het Nederlands Kamerkoor,
het Groot Omroepkoor.

Met deze ensembles nam ik tientallen CD’s op voor o.a. de labels Harmonia Mundi en Phi.

Als solist heb ik veel in het oratoriumcircuit gewerkt met de standaardwerken van Bach, Haydn en Händel.

Van zanger tot dirigent
Hoezeer ik ook genoot van het concerteren over de hele wereld als zanger, rond 2015 voelde ik dat ik minder wilde reizen en besloot ik het dirigeren weer op te pakken. Ik richtte het Oudemuziekkoor Bosch en Duin op, dat ik nog steeds dirigeer. Ik merkte direct dat dat een goede beslissing was, en het smaakte naar meer. Al snel volgde het Kamerkoor Capricciata uit Bussum. Intussen dirigeer ik vier koren: Kamerkoor Vocoza Amsterdam, Het Haarlems Kleinkoor, Kamerkoor Victoria uit Weesp en dus het Oudemuziekkoor Bosch en Duin.

Met die vier koren voer ik muziek uit die een brede muziekgeschiedenis omvatten: van Middeleeuwse muziek tot en met hedendaagse muziek. Ik houd van die afwisseling, ook als zanger. Met het Collegium Vocale Gent deed ik voornamelijk wat oudere muziek en met Cappella Amsterdam ook vaak 20eeeuwse muziek en hedendaagse producties.

Ik houd ervan gedurfde combinaties van muziekstukken in één programma te combineren en er een verrassend nieuw geheel van te maken. In een zelf samengestelde Markus Passion Pasticcio combineerde ik muziek van Beber, Keiser, Händel, Homilius en J.S.Bach. En voor een Allerzielenproductie heb ik een Requiem samengesteld, waarbij ik oude muziek van Richafort, Clemens non Papa en Monteverdi combineerde met 20eeeuwse composities van Poulenc en Rachmaninov. Ook de verschillende coupletten van het Miserere van Allegri wisselde ik af met coupletten van het Miserere van de hedendaagse componist Uusberg. Zo zit het publiek steeds weer met gespitste oren te luisteren.

Robert

Wil je meer weten over zangles in Amsterdam? Stuur mij een mailtje of bel mij gerust op!